Wat is Fenomenologisch waarnemen?

Bij systemisch coachen werk je met uiteenlopende informatie. Al die informatie neem je waar. Fenomenologisch waarnemen is dat wat tot je komt ‘voor waar nemen’, zonder oordeel, zonder interpretatie, puur als informatie. Er valt heel veel waar te nemen. Je hebt je waarnemingsvermogen en je intuïtie om op af te gaan. Aan wat je ziet en hoort aan een cliënt, aan hoe -via de cliënt- het systeem ‘spreekt’. Aan hoe jij de relatie, die je met je cliënt en zijn systeem op dit moment hebt, beleeft. En aan je eigen lichamelijke reacties. Daarbij heb je dus steeds je eigen (rationele) betekenisgeving te onderzoeken los te laten maar wel belangrijke intuïtieve waarnemingen te registreren.

Uitgangspunten Systemisch Werk

In het Systemisch Werk zijn meerdere uitgangspunten. Een eerste uitgangspunt is dat iedereen in elk familie systeem in mindere of meerdere mate trauma’s meemaakt. En dat dit (deels) wordt doorgegeven in de generaties. De geboorte is al een trauma in zichzelf. Vervolgens is er geen enkel kind met perfecte ouders waarbij aan alle behoeftes 100% wordt voldaan. We ontkomen dus niet aan grotere of kleinere traumatische ervaringen van tekort en gemis. In ons brein vormen hierdoor overtuigingen over onszelf, over de ander, over de wereld en het leven. Als reactie op dit gemis vormen we onze persoonlijkheid, onze levensstrategie. De specifieke ervaring van het trauma is daarin niet het belangrijkste maar het patroon wat er door ontstaan. Wat  is met de beperkende overtuigingen die zich herhalen. Dit noemen we ook conditioneringen.

Familiepatronen doorgegeven in generaties

Sterke conditioneringen kunnen in familie systemen in generaties worden doorgegeven. De Duitse psychotherapeut Bert Hellinger (bekend vanwege het principe van familieconstellaties) sprak al over onbewuste loyaliteit, waardoor een bepaald mechanisme zich in een familie blijft herhalen. Er zijn wetenschappelijke dierproeven gedaan waarin duidelijk werd dat neurobiologisch conditioneringen in fysiologische kenmerken worden doorgegeven tot drie generaties. En er is onderzoek gedaan met mensen die de holocaust overleefd hadden en hun kinderen. Daarbij is wetenschappelijk bewezen dat de kinderen dezelfde traumatische symptomen hadden als hun ouders, ook al hadden zij de oorlog niet meegemaakt. Een conclusie daarbij is bijvoorbeeld dat men drie keer meer kans maakt op posttraumatische stressstoornissen als een van de ouders daaronder leed.

Conditioneringen in relaties

Een ander uitgangspunt is dat we in de liefdesrelatie iets vinden dat ons doet denken aan vroeger. Bewust of onbewust zoeken we een partner die past bij onze ‘kleerscheuren’ uit het verleden. Bijvoorbeeld hoe we in de liefdesrelatie bij uitstek iemand zoeken die ons onvervulde verlangen lijkt te beantwoorden. Dat zorgt voor de verliefdheid, de roze wolk en de vlinders in de buik. Op zoek naar eindelijk compleet te zijn en om uit onze conditionering te komen. Vaak hebben we dan nog niet in de gaten dat de individuele pijnpunten bij onszelf verwijzen naar het onvervuld verlangen door de ander. We verlangen daarin iets van de ander wat de ander in essentie onmogelijk kan verschaffen. Teleurstelling, wrijving, boosheid, terugtrekken zijn onherroepelijk het gevolg. De gedragingen haken in elkaar en er ontstaat een vicieuze cirkel waar je niet uit lijkt te komen en zo ontstaat verwijdering of conflict.

Praktijk casus: Relatievraag van een cliënt

Wat geeft Systemisch Werken hier voor mogelijkheden in?

Hieronder beschrijf ik een recente ervaring waarin ik illustreer hoe het fenomenologisch waarnemen cliënten wakker roept op de wijze waarop een conditionering zich herhaalt in wat er in een (liefdes)relatie speelt. En wat dan de helende weg is die zich vervolgens toont om er met meer vrijheid mee om te kunnen gaan.

‘Ik kom uit een fijn gezin zonder dat ik enig trauma heb ervaren.’ zegt een jongeman die bij mij komt met een relatievraag. Ik antwoord: ’Dan heb je het een stuk lastiger in therapie dan diegene wiens trauma aanwijsbaar is. Het zit wellicht voor jou verstopt of het kan doorgegeven zijn via jouw ouders.’ Als ik hem waarneem, heb ik een eerste indruk dat hij geschrokken is en dat hij daar overheen zich sterk maakt. Ook is zijn energie erg op mij gericht en weinig bij zichzelf.

Met deze jongeman onderzoek ik in de eerste sessie zijn strategie in het leven wat in het kort neerkomt op: “er voor anderen te zijn”. Vervolgens kijken we fenomenologisch wat hem overkomen is wat hij niet meer wil in zijn leven. Zijn liefdesrelatie is abrupt tot een einde gekomen op zo’n wijze dat er zelfs (nog) geen afscheid nemen mogelijk was. Het maakt hem verdrietig, machteloos en uit het veld geslagen.

Wanneer ik met hem onderzoek of hij deze gevoelens op vergelijkbare manier eerder in zijn leven heeft gehad, komen we eigenlijk nergens op uit. De systemische invalshoek verondersteld dat vanuit het eigen gezin van herkomst energieën of dynamieken als een soort DNA worden meegenomen. Dit beïnvloed niet alleen ons gedrag maar ook terugkerende patronen van situaties in relatiethema’s.

In verlies verbonden met zijn overleden zusje
Dan besluit ik met stoelen een opstelling te doen van zijn plek t.o.v. zijn ouders in de eerste 10 jaar van zijn leven. Eerst van een afstandje kijkend en dan voelend in de stoel, leert hij wat deze plek in het gezin voor hem doet. Kwaliteiten, dynamieken, loyaliteiten, oneigenlijke taak, er komt heel wat langs. Nog steeds hebben we geen aanknopingspunt waar hetgeen hem recent is overkomen mee te maken zou kunnen hebben.

Tenslotte vraag ik hem naar de dynamiek in de kinderrij met zijn zus. Door te kijken vanuit de invalshoek ‘Waarom ben ik mijn broertje niet’ (de 1ste, 2de 3de kindplek in het systeem van herkomst), hoor ik dat er verstoring is in zijn kinderrij. Wanneer ik hem vraag of hij weet heeft van de miskraam van zijn moeder valt hij stil. ‘Ja dat klopt’ zegt hij: ‘ik had nog een zusje zullen hebben. Ik geloof dat het heel abrupt is gegaan, met ambulance naar het ziekenhuis en dat er zelfs geen tijd was voor het nemen van afscheid.’ Ik voel mijn ontroering in mijn hart opkomen en laat een lange stilte vallen. Geraakt zeg ik: ‘Klinkt dit niet precies zoals wat jij net hebt meegemaakt?’ Ik zet een kaarsje op een plek waar energetisch zijn overleden zusje staat en zet muziek op. Hij huilt zijn tranen. In de rouw is hij verbonden met het verlies van zijn zusje.

Als taak neemt hij op zich om in gesprek te gaan met zijn ouders, de naam te vragen van zijn overleden zusje en in een ritueel haar een plek te geven. Zo komt hij op zijn eigen plek te staan, meer in verbinding met zichzelf en ‘schoont’ hij zich van hetgeen in het verleden heeft plaatsgevonden.

Fenomenologisch waarnemen in onze workshops

Wil je het fenomenologisch kijken in relatie tot systemische kindplekken ervaren of er (meer) over leren voor je eigen professionaliteit? Lees dan verder over de Workshop Plek ‘ Waarom ben ik mijn broertje niet?’

Wil je meer weten over het Systemisch Werk in relatiethema’s? Bekijk onze Relatie Worksop Systemisch Werk.